naar adem snakkend in de nauwe
gangen van een golvend lichaam
bij het geschuur op aarden wanden
waardoor ik languit neergestoken lig
weet ik wat zuurstof betekent voor geluk
overwinterd sta jij liefdevol
naast mijn vermoorde onschuld
lang geleden al gekrompen
toen ze bekeken opgenomen
blind met open ogen doorgegeven werd
je zit nu lachend…
je m'excuse en so it is, zei ze
's anderendaags stierven er 190 mensen
ze was ook in madrid
stond nu, poëzieliefhebster met
gekrulde kop en zinnen
bloeddoorlopen ogen, lallende tong
egotripper, verdoken rebel zonder maatschappij
wankel en alles verloren te luisteren
naar wat ze zelf ook had gekund
mijn gedicht al niet meer nodig
in haar…
het is te vroeg en deze open ochtend veel te zacht
zoals mijn bed dat ongedekt verlaten ligt, een laken
tot sierlijk kleed geduwd, het leven nog maar half geweken
een radio, een lied speciaal voor mij, de zanger lacht
een nieuwe morgen elke dag, een waarheid uitgestreken
in tranen, boeken met verhalen waar ik niet meer aan dacht
maar nog van…
ik moest wel kijken
hoe hij versleten
gracieus bijna
op het voetpad liep
neen, danste
een lichaamstaal
verworven
met handen vol
en hoe hij tuurde
naar de overkant
zijn sprong berekende
toen overstak
ondertussen viel de deur weer dicht
ik luisterde
draaide terug
moeilijk is dat niet
integendeel
handen vol met medicijnen
vinden…
mijn priapos staat voorbijbels
ik, de heidense godin kan hem
tomeloos berijden
witte bloemen schuimen
voorhistorisch mijn spelonken af
dansend met de phallus zal ik
uitdagend wijngaarden versieren
een uitgestoten roes verslaaft
tot blindheid die hem nederslaat
mijn enthousiasme in extase
negenmaal vergroot
orgiastisch ingewijd
ik drink…
zittend zit ze zwijgend zijn
zonder
zeven zeeën
hij houdt zich goed
zoekt zoveel zwangere zinnen
voor die ene z van ziek
hij wil ze op papier bezworen anders
zijn ze eeuwig weg al
die wilde wonderen van
haar woeste wereld
hier zal ze ze zachter zien
en dichterbij dan ooit geweest
hij voelt zich oud dan jong
met deze vrouw vol niets…