Langzaam vormt zich een schilderij
het landschap ontwikkelt zich tot paradijs.
Ik ben jaloers, het is immers niet van mij
al maak ik dat mezelf wel wijs.
Een simpele boom neemt vormen aan
ontpopt zich als een reus in het wit.
Het wit doet duizelen, ik kan niet staan
ik voel me nietig, zo als ik daar zit.
Ik kijk naar een oneindig grauwe…
Wij zullen nooit weten
wat jouw oog zag.
Kun jij het ooit vergeten
hoe jij daar lag.
Jouw ogen glanzen niet
je glimlach die ontbreekt.
Er is niets meer wat jij ziet
of voelt als iemand spreekt.
Er is iets van jou afgepakt
jouw kern, jouw geest.
Je prille ik kapot gehakt
niets zoals het is geweest.
Voor jou is die ene man
een grote…
Daar sta jij dan
met een warme lach.
Ik snap niet hoe het kan,
wat jij in mij zag.
Toch achter mij aan
hopend op mijn stem.
Zal ik stil gaan staan,
laten zien wie ik ben.
Ik sla mijn ogen op
en zie een leven.
Alles staat op zijn kop,
jij wilt mij rust geven.
Waag ik de gok
en pak ik jouw hand.
Of roep ik dan weer stop
en gebruik…