ze liet mijn blikken binnen
hij was het huis
gezicht achter de ramen
een veertiger, wel aardig
maar zonder andere namen
een arm, een blonde lok
misschien gezichtsbedrog
ik gokte op zijn vrouw
zijn broek, een scherpe vouw
geen tuin, maar een balkon
met zon die hij genoot
de andere stoel bleef leef
zodat het wit ervan verschoot
een arm die gordijnen sloot
die 's avonds altijd open bleven
bomen ruisten van de dood
ramen blind van overleven
ik zag haar voor het eerst
ze liet mijn blikken binnen
ze bleek aantrekkelijk en jong
lachtte in een nieuw beginnen
Geplaatst in de categorie: literatuur