Cranagh
De avond in de boomgaard groen
de plons van ratten in de grachten
en wat wij mateloos verwachtten
was woordeloos en somber tussen ons.
De netels geurden bitter in de grachten
en droegen zachte bloemen wekenlang
en men lag slapeloos men lag beschaamd te wachten
hoe schuw wij waren en hoe kwetsbaar toen.
Wij lagen eenzaam en de paarden liepen
hun donkere kringen in een witte boomgaard
op zee was mist het hart weet nog
hoe zwaar de noodhoorns door de heuvels riepen.
-----------------------------------------------
Uit: 'Gedichten voor een man', 1978.
Inzender: bk, 11 november 2004
Geplaatst in de categorie: ex-liefde