De nacht, de zwoele nacht
De nacht, de zwoele nacht heeft me als een wijn bevangen.
Terwijl een schijnen-rijke wâ mijn brein omwindt,
komt uit de diept geen dageraad mij tegen-langen,
omvangt me een woel'ge duisternisse die mij bindt.
Ik ben geen bake; geen verwijlen, geen verbeiden;
geen duizeling van hoop, geen duizeling van dood.
Ik ben alleen, bij holle ontstentenis van lijden,
ik ben niet meer dan lijdelijk een moeder-schoot.
Inzender: Redactie, 6 januari 2014
Geplaatst in de categorie: emoties