Het inwendig leven V
Veel gezworven, veel gelezen,
veel gezien en veel gedacht,
ach, bemind ook en geprezen....
in mijn eigen diepe nacht
enkel kan ik veilig wezen.
Na de gisting, na de woeling
blijft het hart zo zwak en flauw,
angstig zoekt het een bedoeling
in dat al en vindt haar nauw
in zijn eigen bleke voeling.
Voor mij is het menigvuldig'
bron van onrust, bron van kwaad,
daarin levend voel ik schuldig
dat ik zwak mij zelf verlaat,
dat ik vreemde heren huldig.
Maar toch roof ik naar behoren
uit dier vreemde heren rijk
schat van ogen, schat van oren,
voor ik weer tevreden wijk
naar mijn eigen stalen toren.
Daar in 't eigen stille duister
bindt mijn eigen vaste wet
heel de wilde, vreemde luister
in één helder stralennet,
één nadrukkelijk gefluister.
De Beweging jaargang 4 (1905)
Schrijver: Th. van AmeideInzender: Redactie, 22 augustus 2022
Geplaatst in de categorie: individu