Wanneer wij zullen naakt zijn als de zee
Wanneer wij zullen naakt zijn als de zee,
Het blad, de boom, de ster, de maan, het licht,
En als de nacht zo diep en ruim en echt
En als de atmosfeer oneindig;
Wanneer wij hebben weggestuurd, wat ons
Weerhoudt te zijn zo open als de ruimte,
Wanneer wij, woorden-vollen, zullen zijn
Zoals het woordeloze naakt en echt,
Dan zullen wij de adem van de nacht,
Het spreken van de sterren om de maan,
De tekens die de bomen schrijven, weten,
En worden in het woordeloze ruim
Uitzeggers van een wonderzacht bevel.
Van God en van de natuur
Schrijver: Abraham van CollemInzender: Redactie, 8 augustus 2020
Geplaatst in de categorie: mystiek