Het lot
Ik lag terneergeslagen op mijn bed,
hoorde het tikken van de klok.
Ik had mijn verstand op nul gezet,
luisterde naar het ruisen van je rok.
Toen ik die ochtend wakker schrok,
door jouw weggaan zeer ontzet,
was mijn verdriet een ijzeren blok
dat mij bijna had geplet.
Nu is dat ijzer allang verroest,
mijn leven een klein paradijs
met kinderen en lieve vrouw.
Ik denk dat het zo wezen moest
dat jij vertrok op die vreemde reis
waarvan je nooit weerom komen zou.
Geplaatst in de categorie: algemeen