Seemann
‘s Nachts deint het schip waarin ik slaap op dromen
Elke morgen spoel ik aan op dezelfde kust,
wordt er niets in het logboek bijgeschreven.
Tijd om op te staan.
Heel even zijn er zeemansbenen, wankel,
het wiegen gewend van het bed.
In de spiegel wrijft een vermoeide matroos
het zeezout uit zijn ogen.
Geluiden op het achterdek.
Kinderstemmen, opgetogen,
prikken de reddingsboten lek.
Van het varen moe legt de zeeman zich neer
bij het leven op het land
en tilt de kinderen door de branding heen
op alweer hetzelfde strand.
Geplaatst in de categorie: kinderen