Twee parels
Twee parels aan een glooiing saamgegleden,
Zo lagen in omstrengeling van leden,
Op een rustbed van gloeiend karmijn,
Twee meisjes in verinnigd samenzijn;
Een als de een zich teder overboog,
Rees teerder nog de ander naar omhoog,
En als twee zwanen tot elkaar gegleden,
Omsnoerden zij elkaar de bleke leden …
En als twee zwanen, een bleek zusterpaar,
Bewegend licht, bevoeren zij elkaar,
Beheerst, in een stil vloeispel, in een vlijen
En als met zachte zwemvliezen de dijen
Wegwentelende, enkel vrezend om
Te diepe dracht in spiegelgladde kom
Van schoot, opdat door de beroering niet
De diepe drift de vijveren verliet.
Inzender: JM, 11 maart 2022
Geplaatst in de categorie: vriendschap