haast weg
ik zag de velden voorbij
het watervlak wat grijs
de lucht soms blauwer wit
en dichterbij vervagen
de windmolens draaiden
het hoofd naar het westen
ze wentelden met wieken
zo energiek
zo zelfgenoegzaam
de waterlopen dreven er
boven het vlakke land
de aarden dijken kropen
er naar de oeverkant
ik werd ééntonig
en mijn stem wat vager
mijn ogen zochten
naar haar slaap
en mijn nacht
was overvol
...
Inzender: Victor van der Daelen, 25 mei 2005
Geplaatst in de categorie: reizen