De kleinste dood
Smeulende tongen smelten
Innig rillend
Draden in een bloedlauwe bries
Welig speeksel van de dageraad
Een bron van bruisbelletjes
Een lelie zou in haar voetsporen groeien
Murmelt de profeet in zijn baard
(Versneden kul voor de sul die knielt voor het gouden kalf)
De dorst van haar vezels
Bloeit roezig onder mijn vingers
Het sap gloeit vol
Door de maalstroom van haar vrucht
Perzikbloesem met een vleugje nimfenzweet
Drijft over het laken
Dolle geur wenkt de voelspriet
Gulzig geschroefd in haar plooien
Laat ik me gniffelend verloren gaan
De schoolmeester zat er naast met zijn gehakkel
over meeldraden en feromonen
Nu het wapen stuwt onder mijn kleren
Een gezapige verzadiging
Wurgt ons die avond
Op een eiland van zweten en zwelgen
in jouw bloeiende schoot
Wordt dit dan onze kleinste dood?
Geplaatst in de categorie: erotiek