Pathmosramp*
Geen welkom meer
van boompjes
fris en groen
de buurt oogt
zonder dit festoen
zo armetierig
het breekt mij
uit mijn doen
-zij streelden zacht
mijn zinnen al
was mijn dag
er één waar `k niets
mee kon beginnen
de vreugde sprong
toch op in mij-
De motorzaag deed
het werk zonder
vertragen dat hem
werd opgedragen
de tronken pronken
mij hun pijn
zij dreunt stug
door mijn wezen
ik wil hun tranen lezen
resten hen slechts
nog lege dromen
waarvan er geen
nog uit zal komen
in godsnaam
en die van 't millieu
vraag ik u
beste Pathmosleu
was `t mogelijk
uw sterke roep
'Zaag om dat spul
geen blad of bloem
wil ik nog op mijn
pronte Pathmosstoep!'
nu fiets ik zo
verloren droef
door deze buurt
tussen de plastik
rozen door begluurd
door minnaars van
een schone stoep
Stil sta ik bij
een kleine tronk
wijl in mij zonk
't onwerkelijk
leeg gevoel
als dra het
lentekleed
wordt aangetogen
wacht hem het
onvermogen zijn
voorjaarsvreugde
weer te tonen
stil, ingetogen
met sierlijk roze
Prunisbogen.
*'Pathmos',
een oude arbeiderswijk in Enschede.
Geplaatst in de categorie: natuur