inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 5.426):

PROTOCOL

Yvonne komt met twee gespannen borsten
tentamen doen. Ik ben met haar alleen
en decreteer de vragen, ik de vorst en
zij de slavin, zoals ik dacht. Maar neen,

ze heeft behalve haar halflege brains
haar goedgevulde beauty meegenomen.
Ze heeft bedacht er rond voor uit te komen,
want ook een leraar heeft geen hart van steen.

Ik neem haar op en stel de eerste vraag,
de tweede vraag, de derde. Maar heer Gijsbrecht
en Vos Reynaerde komen half en vaag
tot leven en het abel spel gaat slecht.

Breero, die rokkenjager, kent ze beter.
Eerst loopt Jan Luyken goed, maar later traag.
Het wordt dàn min dàn plus, ik kon het weten:
haar past geen stijve renaissancekraag.

Ik kijk weer op en zie: ze heeft haar torens
nu halverwege in de strijd gegooid.
Eén tafel tussen ons, zij leunt naar voren,
slim vosje, onschuldig azend op haar prooi.

Ik vraag als leraar verder, zoek haar ogen,
maar ik verdwaal als man en vind verward
twee blanke glooiingen, twee zachte bogen,
die pijltjes schieten in mijn vlezen hart.

Ik voel de ogen van die kleine donder.
Ze heeft mijn afdwaling geregistreerd
en glimlacht, hopend op het cijferwonder,
niet wetend dat ze mij daardoor bekeert.

Ik laat mij niet verleiden door Yvonne!
Ondanks de spanning, trekkend in mijn lijf,
verleidt haar diepe gleuf mij tot een on-
voldoende. Keihard geef ik haar een vijf.

Schrijver: Hans Werkman
Inzender: L.G. (H), 8 december 2023


Geplaatst in de categorie: school

2.0 met 15 stemmen aantal keer bekeken 2.492

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)